Ryan

Context: kleuteronderwijs

Inleiding

Dit verhaal speelt zich af in de kleuterklas en weerspiegelt de harde realiteit die kan voorvallen binnen verschillende scholen en/of kleuterklassen. Deze authentieke casus geeft een beeld weer van de moeilijke beslissingen of scenario’s waarmee kleuterleid(st)ers geconfronteerd kunnen worden.

 Via deze webquest is het de bedoeling om:

( 1 ) Via een analyse van deze webquest een beeld te krijgen op de problematiek kansarmoede en de impact hiervan op kleuters en/of ouders.

( 2 ) Doelen te stellen die je als leraar of school in staat stellen om in de toekomst met dergelijke voorvallen zorgvuldig of preventief mee om te gaan.

( 3 ) Stil te staan bij dergelijke voorvallen in je eigen (stage)klas, (student)leraren voorbereiden op dergelijke voorvallen.

( 4 ) Na te denken over concrete acties ( binnen de klas en op school ) die ondernomen kunnen worden.

 In het onderdeel ‘Verwerking’ word je a.h.v. bijkomende vragen gestimuleerd om deze webquest te vervolledigen. Bij de uitwerking van het thema ‘Kinderarmoede in K.O.’ vind je de nodige links naar informatie om een mogelijk antwoord te formuleren op de vragen. 

De bedoeling van deze webquest én uitwerking van het thema, is om nuttige handvaten aan te reiken om de eigen professionele identiteit en inzichten omtrent deze problematiek te ontwikkelen en/of bij te stellen. 

Uitdaging

Achtergrondinformatie

Het verhaal speelt zich af in een doodnormale derde kleuterklas. De naam van de kleuter is fictief gekozen. Deze casus is kwam naar voor in een interview met de brugfiguur van een basisschool.

Casus

Ryan, derde kleuterklas, komt af en toe naar school. Als hij naar school komt, komt hij veel te laat aan. Zijn ouders krijgt de kleuterleidster nooit te zien want Ryan komt alleen naar school. Hij mist steeds het onthaalmoment terwijl kinderen echt kunnen genieten van dit startmoment. Bovendien biedt dit moment veel leermogelijkheden: je beurt afwachten, de dagen van de week leren kennen, het weer benoemen, ….  De kleuters kunnen ook zelf vertellen en ze leren luisteren naar elkaar.

In de winter draagt Ryan sandalen met sokjes in. Zijn winterjas is dezelfde als zijn zomerjas. Hij ruikt niet zo fris en lijkt zelden gewassen. Ryan ziet soms zwart van het vuil. De andere kleuters merken dit ook en spelen niet snel samen met Ryan. Ondanks dit alles komt Ryan graag naar school. Hij vindt spelen in de klas leuk en heeft ontzettend veel fantasie. Bij de ontdekbak merkt de kleuterleidster dat hij heel origineel uit de hoek kan komen om oplossingen te zoeken voor bepaalde problemen en dat hij vindingrijk is in het geven van een nieuwe functie aan voorwerpen.  Zo wordt een dennenappel bijvoorbeeld plots een pratende mens. De kleuterjuf voelt echt dat hij graag naar school komt, maar door de thuissituatie speelt Ryan anders dan de andere kleuters en krijgt hij minder mogelijkheden tot sociale contacten, bepaalde leermogelijkheden.

De kleuterleidster weet niet wat ze moet doen. Ryan komt graag naar school, maar hij komt vaak te laat en door een gebrekkige hygiëneis hij niet echt geïntegreerd in de groep. Ook zelf heeft ze het moeilijk Ryan te knuffelen of de nodige warmte, liefde en genegenheid te bieden omdat hij er zo vies uitziet en stinkt. 

Verwerking

Analyse

 

Beantwoord volgende vragen:

-       Hoe denk je over Ryan en zijn ouders? En over de kleuterleidster?

-       Hoe sta jij zelf, vanuit je waarden, achtergrond en verantwoordelijkheid als kleuterleerkracht tegenover deze situatie? Welke gevoelens, gedachten en
        vooroordelen roept deze casus bij jou op?Op welke manier is deze van invloed op de wijze waarop je naar bepaalde ( kansarme ) kleuters kijkt? Heb je de
        neiging om voor bepaalde kleuters/ouders meer sympathie op te brengen dan anderen?
        Hoe vertaalt dit zich mogelijk in jouw handelen?

-       Wat zou jij doen als de kleuterleid(st)er van Ryan? Maak een onderscheid tussen wat je doet in

  • De interactie tussen Ryan en de andere kinderen
  • De houding van de andere kleuters t.a.v. hem
  • De interactie en relatie tussen jou en deze kleuter
  • De relatie met de ouders
  • Contacten met externen: ouders, brugfiguur, andere kleuterleid(st)ers, zorgjuf, CLB,…
  • Inspelen op de noden/talenten van Ryan: leeromgeving, sociaal-emotioneel welbevinden, betrokkenheid,…

Dit lijkt iets dat onmogelijk kan voorkomen in de kleuterklas, maar toch gebeurt dit. Het verhaal van Ryan is een waargebeurd verhaal. De brugfiguur was diegene die met de moeder is gaan praten. Daaruit bleek dat Ryan het gevolg is van een verkrachting. Elke keer als de moeder Ryan aankijkt, ziet ze haar verkrachter. Dit is de reden waarom ze amper omkijkt naar Ryan. Ze kan het gewoon niet aan. 

Beantwoord volgende vragen opnieuw:

-       Hoe denk je over Ryan en zijn ouders? En over de kleuterleid(st)er?

-       Hoe sta jij zelf, vanuit je waarden, achtergrond en verantwoordelijkheid als kleuterleerkracht tegenover deze situatie? Welke gevoelens, gedachten en
        vooroordelen roept deze casus bij jou op? Op welke manier is deze van invloed op de wijze waarop je naar bepaalde ( kansarme ) kleuters kijkt? Heb je de
        neiging om voor bepaalde kleuters/ouders meer sympathie op te brengen dan anderen?
        Hoe vertaalt dit zich mogelijk in jouw handelen?

-       Wat zou jij doen als de kleuterleid(st)er van Ryan? Maak een onderscheid tussen wat je doet in

  • De interactie tussen Ryan en de andere kinderen
  • De houding van de andere kleuters t.a.v. hem
  • De interactie en relatie tussen jou en deze kleuter
  • De relatie met de ouders
  • Contacten met externen: brugfiguur, andere kleuterleid(st)ers, zorgjuf, CLB,…
  • Inspelen op de noden/talenten van Ryan: leeromgeving, sociaal-emotioneel welbevinden, betrokkenheid,… 

Aanvullende vragen:

-       Hoe verhouden volgende personen zich in communicatie, interactie tegenover elkaar:

  • Kleuterleidster – Ryan
  • Andere kleuters - Ryan
  • Kleuterleidster – Ouders van Ryan
  • Kleuterleidster – Brugfiguur

         Zijn er nog betrokkenen die bij deze situatie betrokken zouden kunnen worden?

-       Welke invloed zal een dergelijke casus hebben op jouw motivatie als kleuterleerkracht van kansarme kleuters? Welke invloed zal een dergelijke casus
        hebben in jouw handelen in dergelijke situaties?

-       Heb je een wijziging gemerkt doorheen de casus in jouw eigen gevoelens, gedachten, oordeel,… over deze situatie?

Doelen

  • Welke elementen in deze casus wil je voorkomen en oplossen? Stel doelen op m.b.t.
    • De houding van de kleuterleidster
    • Het gedrag van de andere kleuters
    • Relaties tussen kleuters onderling
    • Krachtige leeromgeving
    • Schoolbeleid
    • Bepaalde mogelijkheden op school of in de omgeving van de school

Acties

 

Wat kan je doen om je vooropgestelde doelen te bereiken?

  • Welke acties kan je ondernemen om Ryan te ondersteunen? In welke mate kan je hierbij steunen op de didactische voorwaarden voor het leren IN diversiteit?
  • Zoek je contact op met de ouders van Ryan? Hoe pak je dit aan?
  • Betrek je externe instanties? Externe vertrouwenspersonen? Hoe pak je dit aan?
  • Hoe behandel je deze kleuter in de klas? Hoe reageer je op de reacties die andere kleuters geven op Ryan wanneer ze bv. niet met hem willen samenspelen of naast hem plaats willen nemen?
  • Op welke wijze komen de sleutelcompetenties voor leren VOOR diversiteit aan bod in je acties m.b.t. de ouders/moeder van Ryan? Moet je in het naleven van deze competenties op een bepaald moment voor jezelf een grens trekken? En waar trek je deze?

Bronnen

 

Hier geven we een suggestie van bronnen waar zeker antwoorden te vinden zijn. Uiteraard kunnen ook andere bronnen binnen DIVA geraadpleegd worden of kan je doorklikken naar externe websites om de webquest op te lossen. Zoals altijd bij het omgaan met diversiteit is er niet zoiets als dé enige oplossing!

 Via deze bronnen kan je uiteraard ook verder door klikken naar andere bronnen! 

Evaluatie

Op basis van de concrete invulling van de opdracht dient ook een evaluatie te gebeuren. Streef hierbij naar een brede evaluatie ( breed evalueren Breed evalueren betekent dat leraren een waaier aan evaluatiestrategieën gebruiken die leerlingen de kans geven hun beheersing van de leerinhouden en competenties aan te tonen. ). Zoals steeds bij het omgaan met kansarmoede is er niet zoiets als dé enige goede oplossing! Oplossingen en acties dienen steeds via dialoog & samenwerking De dialoog is de gespreksvorm waarin diversiteit het best tot haar recht komt. Er wordt tijd uitgetrokken om te luisteren en op een evenwaardige manier tot uitwisseling van betekenissen te komen. Samenwerking is de handelwijze waarbij diversiteit als meerwaarde wordt benut. Samenwerken in heterogene groepen kan soms tot conflicten leiden. Maar ook dat is een normaal gegeven waar we moeten leren mee omgaan. afgewogen te worden tegenover specifieke en veranderende contextfactoren. multiperspectiviteit Omgaan met diversiteit houdt in dat men zich los kan maken van het eigen perspectief, via verschillende invalshoeken naar zaken kan kijken én zich kan inleven in het perspectief van degenen met wie men in interactie treedt. en flexibiliteit Kunnen functioneren in een complexe samenleving veronderstelt dat we vlot kunnen switchen tussen verschillende codes die worden gehanteerd, naargelang context, personen, situaties, culturen. Hier gaat een dynamisch proces aan vooraf van observeren, afwegen, uittesten wat wel en niet kan, onderhandelen en zich manifesteren of aanpassen zonder het eigen referentiekader te verloochenen. zijn hier sleutelbegrippen.

Enkele vragen ter overweging:

-       Hoe verloopt de proces- en productevaluatie?

-       Voorzie je intervisiemomenten?

-       Onder welke vorm verwacht je een eindproduct? Een presentatie, een poster, een wikispace, een website, een discussieforum, een portfolio, een brochure,
        een documentaire, een verslag,…? Laat je hier ruimte voor verschillende leer- en oplossingsstijlen? 

Docenteninspiratie

Deze webquest is een aanzet waarvan de concrete uitwerking verder ingevuld dient te worden door de docent en/of vertaald kan worden naar de context waarin (student)leraren in terecht zullen komen ( vb. stageplaats ). Daarom geven we hier enkele vragen ter overweging:

-       Gebruik je de webquest als vertrekpunt om in te gaan op de bredere problematiek zoals kansarmoede? Zo kunnen de vragen verder opgesplitst en/of
        uitgediept worden zodat bv. met de hele klasgroep in verschillende deelgroepen aan de webquest gewerkt wordt. Zoek je mogelijkheden om
        aangrijpingspunten te zoeken met de ervaringen, belevenissen van de (student)leraren? Leg je de link naar de concrete praktijksituatie van vb.
        de stageschool?

-       Wordt er in de verdere verwerking een link gelegd naar bredere onderzoeksopdrachten, uitwerking van lesideeën,…?

-       Kan er vakoverschrijdend aan deze webquest gewerkt worden?

Enkele vragen ter overweging om met deze webquest aan de slag te gaan met (student)leraren:

-       Wordt de webquest opgelost via contact- of afstandsonderwijs, of via een combinatie van beide?

-       Wordt de webquest individueel, via samenwerking in duo’s of in grotere groepen opgelost?

-       Gaan verschillende groepen aan de slag met een verschillende opgave, invalshoek of worden deze verdeeld binnen de groep?

-       Hoe worden rollen verdeeld binnen de samenwerkende groepen zodat het leren-van-elkaar We creëren onder invloed van onze interactie met anderen actief nieuwe referentiekaders en stellen de bestaande voortdurend bij. Essentieel hierbij is een basishouding van reflectie en zelfkritiek, zowel op ons zelf als op tradities, verworvenheden, normen en waarden van de groepen waartoe we behoren. gewaarborgd blijft?

-       Worden de didactische voorwaarden voor leren IN diversiteit nagevolgd?

Creative Commons License