Diversiteit in leerstijlen en motivatie

Oefening met casus

Doelstellingen

  • Vertrekkend vanuit de voorwaarde ‘Breed observeren’ de 5 andere didactische voorwaarden voor leren IN diversiteit kunnen toepassen op een gegeven casus. 

Timing



Kort (deel van een lesuur)

Richtlijnen

Met wie?

  • De voorgestelde werkvorm ‘check in duo's’ vereist een samenwerking in duo’s.
  • Deze oefening kan ook individueel gemaakt worden. Op deze manier verdwijnt echter de meerwaarde van het samenwerkend leren Samenwerkend leren besteedt veel aandacht aan de wijze waarop lerenden elkaar waarnemen en met elkaar interageren. Op die manier kan je werken aan statusproblemen van zwakkere lerenden. De grote troef van samenwerken is dat uiteenlopende perspectieven sneller naar voren komen en kunnen leiden tot gezamenlijke opbouw van kennis. .

Voorbereiding

Per duo worden volgende zaken voorzien:

Opdracht

1. Neem individueel de bronnenkaart met de casus 'Sarah' door en formuleer een antwoord op deze vragen:

  • Definieer de voornaamste problemen waar Sara mee te maken heeft in deze les.
  • Raadpleeg de didactische voorwaarden voor leren IN diversiteit. Hoe kunnen deze didactische voorwaarden Sara verder op weg helpen in het omgaan met de aanwezige diversiteit in haar leerlingengroep? Vertrek vanuit de voorwaarde  breed observeren Door breed te observeren leer je kijken naar het sociale gedrag van de lerende in verschillende situaties in de klas en in situaties buiten de klas die op het eerste zicht niets met schools leren te maken hebben. Zo blijf je alert voor de aanwezige diversiteit waar je in het didactisch handelen op kunt voortbouwen.  om vervolgens de andere didactische voorwaarden in te vullen.
  • Uit de casus blijkt dat Sara ‘samenwerkend leren’ als een mogelijke oplossing ziet om tegemoet te komen aan de aanwezige diversiteit. Uit het voorbeeld lijkt echter dat ze er niet in slaagt om de vruchten van deze aanpak te plukken. Wat kan Sara doen om toch nog voordelen te halen uit het ‘samenwerkend leren’?

2. Vergelijk nu in duo jouw antwoord met dat van een andere student. Evalueer elkaar ’s antwoorden, geef feedback en aanvullingen. Tracht daarbij tot overeenstemming te komen.

3. De begeleider bespreekt die punten waarover duo’s niet tot een overeenstemming konden komen. Eventueel kan hier ook gepeild worden naar algemene bevindingen omtrent de oefening.  

Nabespreking

  • Enkele duo’s kunnen worden aangewezen om hun bevindingen toe te lichten.
  • De begeleider gaat dieper in op duo’s die geen overeenstemming konden bereiken.
  • Een inventaris kan gemaakt worden van acties die Sarah had kunnen ondernemen. Zijn er bepaalde acties waar men het niet mee eens is, die men niet haalbaar ziet of waar men ervaringen mee heeft?
  • Kunnen alle didactische voorwaarden voor leren IN diversiteit toegepast worden? Voor welke voorwaarden is dit evident? Voor welke voorwaarden gaat dit moeilijker? 

Alternatieven en transfer

Alternatieve werkvormen

Alternatieve toepassingen

  • Deze oefening kan ook gemaakt worden op casussen die studenten zelf hebben ervaren tijdens hun observatie-of lesstage. Zo kunnen casussen bijvoorbeeld anoniem neergeschreven worden en verdeeld worden over verschillende duo’s.
  • Indien met verschillende casussen per duo wordt gewerkt is het aangewezen om de duo’s in de nabespreking de casussen en mogelijke oplossingen kort te laten voorstellen aan de andere duo’s. Zo wordt het  leren-van-elkaar We creëren onder invloed van onze interactie met anderen actief nieuwe referentiekaders en stellen de bestaande voortdurend bij. Essentieel hierbij is een basishouding van reflectie en zelfkritiek, zowel op ons zelf als op tradities, verworvenheden, normen en waarden van de groepen waartoe we behoren.  maximaal benut.

Transfer

  • Wanneer bepaalde ervaringen tijdens het lesgeven of tijdens stages stroef lopen is het nuttig om deze allen te bekijken door de bril van de 6 didactische voorwaarden voor leren IN diversiteit. Aan welke didactische voorwaarden komt men tegemoet? Waar loopt het invullen van deze voorwaarden stroef of waar is dit niet succesvol? Hoe kan hieraan (eventueel via andere didactische voorwaarden) tegemoet gekomen worden?
  • Door gebruik te maken van de werkvorm ‘check in duo’s kan men via  samenwerkend leren Samenwerkend leren besteedt veel aandacht aan de wijze waarop lerenden elkaar waarnemen en met elkaar interageren. Op die manier kan je werken aan statusproblemen van zwakkere lerenden. De grote troef van samenwerken is dat uiteenlopende perspectieven sneller naar voren komen en kunnen leiden tot gezamenlijke opbouw van kennis.   leren-van-elkaar We creëren onder invloed van onze interactie met anderen actief nieuwe referentiekaders en stellen de bestaande voortdurend bij. Essentieel hierbij is een basishouding van reflectie en zelfkritiek, zowel op ons zelf als op tradities, verworvenheden, normen en waarden van de groepen waartoe we behoren. .
  • Door authentieke casussen te bespreken wordt de leefwereld verbreed ( leeromgeving verbreden De potentiële diversiteit aan ervaringen, interesses, leefsferen en competenties die je bij de leerlingen kan aanboren, wordt veel groter als je het leren laat plaatsvinden in een authentieke context in confrontatie met 'echte' problemen, als je met verschillende klassen en leeftijdsgroepen kunt werken of als je de leer- en leefomgeving ook opentrekt tot buiten de school. ). Doordat men deze in groep gaat bespreken kunnen meerdere perspectieven gedeeld worden wat  multiperspectiviteit Omgaan met diversiteit houdt in dat men zich los kan maken van het eigen perspectief, via verschillende invalshoeken naar zaken kan kijken én zich kan inleven in het perspectief van degenen met wie men in interactie treedt. , breed observeren Door breed te observeren leer je kijken naar het sociale gedrag van de lerende in verschillende situaties in de klas en in situaties buiten de klas die op het eerste zicht niets met schools leren te maken hebben. Zo blijf je alert voor de aanwezige diversiteit waar je in het didactisch handelen op kunt voortbouwen. en  leren-van-elkaar We creëren onder invloed van onze interactie met anderen actief nieuwe referentiekaders en stellen de bestaande voortdurend bij. Essentieel hierbij is een basishouding van reflectie en zelfkritiek, zowel op ons zelf als op tradities, verworvenheden, normen en waarden van de groepen waartoe we behoren.  bevordert. 
Creative Commons License